De Koepel Gepensioneerden is de grootste belangenvereniging van gepensioneerden in Nederland met 100 lidverenigingen die samen 150.000 leden hebben. De Koepel komt onder het motto “de kracht van senioren” indirect op voor alle gepensioneerden en senioren in Nederland

Nieuwsbrief 43

Zaterdag 6 december 2025

Succesvolle scholingsdag pensioenen

Op 1 december jongstleden was het weer zo ver: op die dag organiseerde de Koepel Gepensioneerden opnieuw een scholingsdag pensioenen voor haar lidverenigingen. En ook deze keer kwamen daar veel mensen op af: bijna 100 bezoekers togen naar Culemborg en nog eens een dikke twintig woonden de bijeenkomst online bij.

Ze kregen een interessant en gevarieerd programma voorgeschoteld. Nadat dagvoorzitter, en voorzitter van de beleidsadviescommissie pensioenen van de Koepel, Jos Berkemeier de dag had geopend en de aanwezigen had meegenomen in het programma was het woord aan Koepelvoorzitter John Kerstens. Hij stond stil bij de lobby-inspanningen van de Koepel Gepensioneerden en de resultaten daarvan. Die inspanningen richten zich op twee onderwerpen: het nakomen van de belofte van de nieuwe pensioenwet: ‘beter zicht op een koopkrachtig pensioen’ en meer zeggenschap voor (onder meer) gepensioneerden. Wat dat laatste onderwerp betreft, ligt er een toezegging van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid om in 2026 een onderzoek te starten waarbij met name ook naar de positie van gepensioneerden wordt gekeken. Met betrekking tot de koopkracht van pensioenen loopt momenteel al een onderzoek. In dat onderzoek wordt een aantal (mede door de Koepel aangedragen) instrumenten onderzocht die pensioenfondsen meer mogelijkheden moeten bieden om pensioenen beter de inflatie te laten bijhouden.

Actuaris Henk Bets (bedenker van een van die instrumenten) ging vervolgens uitgebreid in op de verschillende aangedragen mogelijkheden als ook op het onderzoek dat daarnaar plaatsvindt. Bets is een van de experts die door de minister is gevraagd mee te denken. In zijn presentatie ging de actuaris ook in op de mogelijkheden die pensioenfondsen nu al hebben, maar ook op de redenen dat daar onvoldoende gebruik van wordt gemaakt. Het ochtendgedeelte van de dag werd afgesloten met twee praktijkverhalen: Gerard Heeres nam de aanwezigen mee in de aanloop naar de transitie bij Hoogovens/Tata Steel en Anne van ’t Zelfde deed dat rondom de overgang naar een nieuwe regeling bij KPN. Beide voorbeelden toonden weer eens aan dat lidverenigingen van de Koepel Gepensioneerden regelmatig een belangrijke rol spelen bij het opkomen voor de belangen van gepensioneerden bij de transitie.

Na een onderhoudende lunch werd de dag voortgezet met een gesprek tussen John Kerstens en Jacco Keizer. Keizer is bestuurder bij het pensioenfonds voor de bouwnijverheid (BPF Bouw) dat als eerste grote bedrijfstakpensioenfonds een positieve invaarbeschikking van De Nederlandsche bank kreeg om per 1 januari aanstaande over te stappen naar een nieuwe regeling voor haar deelnemers en gepensioneerden. In het gesprek, waaraan ook de aanwezigen in de zaal konden deelnemen, werd onder meer stilgestaan bij de contacten van het fonds met De Nederlandsche Bank en de wijze waarop de koopkracht van de pensioenen zich ontwikkelt na het invaren (waarbij gepensioneerden een bonus van minstens 15% tegemoet kunnen zien).

Bijzondere aandacht werd nog besteed aan het fenomeen risicopreferentie-onderzoek. Vaak levert zo’n onderzoek een uiterst behoedzame uitkomst op voor gepensioneerden, nu in de vraagstelling vaak te eenzijdig aandacht wordt besteed aan het risico dat pensioenen omlaag kunnen. Het minstens even grote risico dat als pensioenen onvoldoende omhoog gaan de koopkracht hard achteruitholt, komt dan te weinig aan de orde. De daaruit voortvloeiende lage bereidheid om risico te nemen, belemmert pensioenfondsen vervolgens om in hun beleggingen voldoende risico te nemen. En voldoende risico (in de vorm van genoeg kunnen beleggen in aandelen) is nu eenmaal wel nodig wil de kans op rendement en dus koopkrachtbehoud worden verhoogd. In de bouw zal overigens, mede op aandringen van de lidverenigingen van de Koepel die in de sector actief zijn, binnen een à twee jaar een nieuw risicopreferentie-onderzoek worden gehouden.

Kerstens herhaalde nog eens de oproep van de Koepel om op meer plekken aan te dringen op binnen afzienbare termijn opnieuw houden van risicopreferentie-onderzoeken met een meer afgewogen vraagstelling. Toegezegd werd dat de Koepel Gepensioneerden met een voorbeeldformat voor zo’n onderzoek zal komen.

De dag werd afgesloten met een geanimeerde paneldiscussie en een voor iedereen verdiende borrel. Uit een korte evaluatie werd duidelijk dat de aanwezigen ook deze scholingsdag van de Koepel weer hogelijk waardeerden.

De video-opname van de scholingsdag alsmede de sheets van de verschillende presentaties staan op onze website. Het pdf-bestand met de sheets kunt u eventueel ook opvragen op het e-mailadres communicatie@koepelgepensioneerden.nl 

‘Samen aan de slag voor een sterker Nederland.’

Afgelopen week presenteerde informateur Sybrand Buma namens CDA en D66 ‘Samen aan de slag voor een sterker Nederland’. Een, zoals partijen het zelf noemen, ‘uitgestoken hand aan partijen die met ons willen werken aan een plan om Nederland vooruit te helpen.’

Met die ambitie is de Koepel Gepensioneerden het heel erg eens: de stilstand van de afgelopen jaren waarbij de polarisatie in ons land verder is toegenomen en de onderlinge verbondenheid afnam, heeft ons weinig goeds gebracht. Vraag is natuurlijk of bedoelde uitgestoken hand (vervat in een document van zeventien pagina’s) ons land ook echt vooruit gaat helpen. De Koepel Gepensioneerden, de grootste seniorenorganisatie van ons land, heeft gekeken naar wat bedoeld document voor senioren in petto heeft.

Daarbij de opmerking dat nog geen sprake is van een zogenaamd ‘regeerakkoord’, nu beide winnaars van de laatste verkiezingen andere partijen nodig zullen hebben om tot een kabinet met draagvlak te komen. En draagvlak is nodig willen stappen gezet kunnen worden. Dat betekent dat er ongetwijfeld nog veranderingen zullen komen: dingen eruit moeten worden gehaald of juist aan toegevoegd. Op welke onderwerpen en hoe, dat zullen de komende weken moeten uitwijzen. Lastig is daarbij dat zich op basis van de verkiezingsuitslag niet automatisch een meerderheidskabinet aandient nu de VVD bijvoorbeeld GroenLinks/PvdA uitsluit en een werkbare variant over rechts met vier partijen (D66, CDA, VVD, JA21) op de helft van de 150 zetels in de Tweede Kamer blijft steken. Dat betekent dat een dergelijk kabinet, los van dat men ook in de Eerste Kamer geen meerderheid heeft, zal moeten vertrouwen op de ‘constructieve oppositie’ op of een of meerdere gedoogpartners. Hetzelfde zal, maar dan in nog sterkere mate, gelden voor een minderheidskabinet van bijvoorbeeld D66, CDA en VVD, Een fikse puzzel dus.

Dan naar de inhoud van wat er nu ligt. Daarbij heeft de Koepel uiteraard naar het hele pakket gekeken. Want ook zaken als het aanpakken van het stikstofprobleem, het herstellen en versterken van onze natuur, het bouwen aan een sterke duurzame economie, het beheersen van migratie en het investeren in defensie zijn voor senioren (inwoners van ons land tenslotte) van belang. Maar we hebben voor nu vooral ook gekeken naar die onderwerpen waarbij ouderen specifiek zijn genoemd of die voor ouderen extra van belang zijn.

Het document van CDA en D66 begint met het onderwerp ‘Wonen’. Logisch, want er is nog steeds sprake van een forse wooncrisis. Men wil doorgaan op de weg van sneller en meer bouwen door het schrappen of uniformeren van regels. Goed nieuws is dat specifiek wordt genoemd dat ‘meer mensen ouder worden’. Voor ‘familie- en mantelzorgwoningen’ op eigen terrein is straks geen vergunning meer nodig. Er komt strakkere regie vanuit het rijk op het gemeentelijke huisvestingsbeleid met specifieke aandacht voor ouderenwoningen. En de bouw van nieuwe woonvormen voor ouderen zodat ze ‘beter en langer kunnen samenleven in hun wijk’ wordt gestimuleerd.

Onder de kop ‘Goede gezondheidszorg betaalbaar en toegankelijk houden’ staat onder meer dat ‘zowel op korte als op lange termijn scherpe keuzes moeten worden gemaakt’. Dat is een zinsnede om in de gaten te houden uiteraard. Want hoewel letterlijk wordt geschreven dat ‘senioren onze maatschappij hebben opgebouwd en ook vandaag nog een onmisbare bijdrage leveren aan onze samenleving’ raken ingrepen in de zorg senioren al snel. Met de leeftijd komen immers de gebreken (en een daarmee gepaard gaand groter beroep op zorg). Aangegeven wordt wel dat de ouderenzorg van de toekomst vraagt om andere woon-zorgvormen en om gerichte zorg en ondersteuning. Er wordt in dat opzicht gesproken over ‘hervormen van de ouderenzorg waarmee we de stijgende kosten beheersbaar houden en iets willen doen aan het personeelstekort.’ Dat klinkt als meer zelf doen of meer zelf betalen. En dat klopt ook: ‘een grotere rol voor de samenleving, verhogen eigen bijdrage voor wie dat kan betalen en een specifiek gerichte huishoudelijke hulp voor wie dat nodig heeft.’

Het stuk van D66 en CDA bevat tenslotte ook een kopje ‘De belastingen hervormen’. Gezegd wordt dat dat nodig is omdat het stelsel te complex is geworden (hetgeen overigens zo is). Daarbij wordt, zonder concreet te worden, onder andere gesproken over het vereenvoudigen van de inkomstenbelasting en het verminderen van het aantal inkomensafhankelijke regelingen.

John Kerstens, voorzitter van de Koepel Gepensioneerden: ‘Net zo belangrijk als wat er wel in zo’n stuk staat, is natuurlijk wat níet wordt genoemd. Dat geldt bijvoorbeeld voor pensioen en de AOW. Wat dat eerste betreft: nu de nieuwe wet er is en per januari de helft van de gepensioneerden overgaat naar het nieuwe systeem, blijven wij inzetten op wat we in beweging hebben gekregen: meer mogelijkheden voor een koopkrachtiger pensioen creëren en meer zeggenschap geven aan de mensen over wiens centen het gaat. Dat het nu even niet over de AOW gaat, is op zich overigens positief. Maar we blijven wel opletten: want wat er vooral aan het stuk ontbreekt, is hoe het allemaal betaald moet gaan worden. En het zou zomaar kunnen dat dan ook naar senioren wordt gekeken. Op zich niks mis mee, maar hé: die bungelen al jarenlang onderaan alle koopkrachtplaatjes. Het is onze taak om ervoor te zorgen dat bijvoorbeeld de invaarbonus die veel mensen bij de overgang naar een nieuwe pensioenregeling krijgen daar niet van afleidt en de politiek niet op het idee brengt dat daar zomaar wel weer een extra stuk van kan worden ingepikt door meer lasten bij senioren te leggen.’