Persbericht Schulden na de AOW dwingen tot doorwerken
Steeds meer AOW’ers hebben een betaalde baan. Seniorenorganisaties KBO-PCOB, Koepel
Gepensioneerden, FASv en NOOM deden onderzoek. Wat blijkt? Wie na de AOW schulden heeft, werkt steeds
vaker door. Kijkend naar de achterblijvende koopkrachtontwikkeling van gepensioneerden is dat niet verwonderlijk. Nederland moet waken voor een verdere achteruitgang. De politiek is aan zet komende Prinsjesdag, en
na de Tweede Kamerverkiezingen.
Het aantal AOW-gerechtigden met een betaalde baan is de afgelopen jaren fors toegenomen. De arbeidsparticipatie van AOW-gerechtigden bedroeg in 2019 naar schatting ruim 7 procent (in 2009 was dat nog minder dan
6%). Het aantal AOW-gerechtigden met een betaalde baan is toegenomen van 138 duizend in 2009 naar 215 duizend in 2019; een groei van ruim 50 %.
Ouderen met schulden werken vaker door
Bijna 4 procent van de pensioenhuishoudens kampt met een negatief vermogen. Het aantal AOW-gerechtigde
alleenstaanden en paren met een negatief vermogen en een betaalde baan is in 2018 bijna verdubbeld ten opzichte van 2011. AOW-huishoudens met een negatief vermogen werken vaker dan gemiddeld door: respectievelijk 10 en 21 procent van de alleenstaanden en paren met een negatief vermogen werkt door na de AOW, tegenover gemiddeld 5 en 13 procent van alle eenpersoons- en tweepersoonshuishoudens met een positief vermogen.
Doorwerken vaak enige optie voor behoud van koopkracht
Waar de koopkracht van de totale bevolking zich positief ontwikkelde, plus zes procent, is de koopkracht van de
meeste gepensioneerden juist verslechterd. De koopkracht van gepensioneerden lag in 2018 gemiddeld bijna vijf
procent lager dan tien jaar eerder. Gepensioneerden kunnen zonder werk hun inkomenssituatie vaak niet meer
veranderen, waardoor hun koopkracht sterk afhankelijk is van de indexering van de AOW en aanvullende pensioenen en van fiscale maatregelen. Doorwerken is vaak de enige optie voor het behoud van koopkracht.
Voor de groep ouderen met een inkomen lager dan de kritische inkomensgrens, kan doorwerken na de AOW
noodzakelijk zijn om maandelijks de eindjes aan elkaar te knopen. Ook de groep ouderen met een inkomen op of
(net) boven de lage-inkomensgrens kan doorwerken als noodzakelijk zien om financieel rond te komen, of om –
gegeven de afnemende koopkracht waarmee zij te maken hebben – dezelfde levensstandaard te behouden. Maar
veel ouderen, in het bijzonder oudere migranten, kúnnen door hun gezondheidssituatie en arbeidsmarktdiscriminatie niet aan werk komen. Dat maakt de trend van ‘moeten doorwerken uit financiële noodzaak’ extra wrang.
De seniorenorganisaties roepen de politieke partijen dan ook dringend op om de koopkracht van senioren te
verbeteren. En om dit tot speerpunt te maken tijdens de Tweede Kamerverkiezingen in 2021!
Het hele rapport is te lezen via de websites van de organisaties: www.kbo-pcob.nl,
www.koepelgepensioneerden.nl, https://fasv.nl en https://netwerknoom.nl
Noot voor de redactie:
Voor vragen over dit onderzoek kunt u contact opnemen met Sven Stijnman, persvoorlichter KBO-PCOB via
sven.stijnman@kbo-pcob.nl of nummer 06-20409889