Nieuwsbrief 33

Nieuwsbrief 33, 2018

Publicatiedatum: vrijdag 24 augustus 2018.

Pact voor de ouderenzorg (1).

Naast onze koepels van gepensioneerden KNVG en NVOG hebben ruim 100 organisaties het Pact voor de ouderenzorg ondertekend.

Eenzaamheid, langer thuis wonen en verpleeghuiszorg zijn de belangrijkste aandachtspunten voor het Pact dat ruim 100 organisaties ondertekenden om de ouderenzorg te verbeteren in ons land.

In maart 2018 is de aftrap gegeven voor het Pact voor de ouderenzorg. Een veelomvattend programma dat door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) samen met veel organisaties en bedrijven is opgezet. Ruim honderd partners hebben het Pact ondertekend. Hieronder onder meer de Vereniging Nederlandse Gemeenten, het Nationaal Ouderenfonds, VNO-NCW, de Zonnebloem en KNVG / NVOG. Samen moeten zij aan de slag.
Het pact is een aanvalsplan, met een bundeling van krachten, dat er voor moet zorgen dat partijen samenwerken om te komen tot een betere ouderenzorg. Zowel voor de oudere in een verpleeghuis als de oudere die thuis woont. Het is een actie vanuit de overheid die partijen er toe heeft gebracht om er voor te tekenen om samen te gaan werken.

Waarom een Pact?
Met veel ouderen gaat het goed. Sommigen werken nog, anderen passen op de kleinkinderen, maken leuke uitstapjes en ook wordt er veel vrijwilligerswerk gedaan. Op een goede en leuke manier oud worden. Helaas is dat niet voor iedereen weggelegd. Sommige mensen vinden ouder worden echt een probleem en het lukt hen niet om gelukkig oud te zijn. Ze zijn steeds meer afhankelijk van anderen en voelen zich eenzaam. Hulp en ondersteuning is niet altijd makkelijk te regelen. Ook de zorg in het verpleeghuis wordt als onvoldoende ervaren.
Langer thuis wonen is het uitgangspunt. Helaas kunnen huizen en (woon) omgevingen vaak niet simpel worden aangepast en zijn er nog onvoldoende alternatieve woonvormen.

De drie programmaonderdelen van het pact:
Eenzaamheid
signaleren en doorbreken: vanuit het besef dat dé eenzaamheid niet opgelost kan worden. Er zijn niet altijd pasklare oplossingen, zeker niet bij emotionele eenzaamheid (bijvoorbeeld bij verlies van de partner). Sociale eenzaamheid kan vaak beter doorbroken worden. Verbeteren van contacten en mensen laten zien dat ze in staat zijn, ook op hogere leeftijd, een prima rol in de maatschappij te vervullen.
Langer thuis. Zorgen dat mensen met goede zorg en ondersteuning langer thuis kunnen wonen: dit deel van het Pact richt zich vooral op de grote en groeiende groep ouderen die zelfstandig thuis woont. Uitgangspunt is om zo lang mogelijk op een goede manier zelfstandig te kunnen blijven wonen. Met ondersteuning en (mantel) zorg en in een woning die aansluit bij de persoonlijke behoefte. Een hele opgave!
Verpleeghuiszorg. De kwaliteit van de verpleeghuiszorg verbeteren: er voor zorgen dat er voldoende tijd, aandacht en zorg is voor alle bewoners. De wensen van de verpleeghuisbewoner staan daarbij centraal. Het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg is hierbij de richtsnoer voor iedereen die bij de verpleeghuiszorg is betrokken.

De aanpak van de overheid
De rijksoverheid stimuleert, ook financieel, en voert de eindregie. Het echte werk wordt zoveel mogelijk regionaal en lokaal gedaan. Per programma onderdeel worden met en door de partners afspraken gemaakt. De uitdaging daarbij is dat plannen ook met elkaar worden gedeeld. Wat in Groningen ontwikkeld en succesvol is, kan met wat regio-specifieke aanpassingen ook in bijvoorbeeld Maastricht worden toegepast.
Ouderen moeten een belangrijke stem in het geheel hebben. Zij weten vaak het beste welke verbeteringen waardevol zijn. De bedoeling is dat er een Nationale Ouderenraad komt die een aantal malen per jaar bij elkaar komt en de activiteiten toetst. De ouderen die in de Raad zitting hebben moeten natuurlijk gevoed worden vanuit de regio’s. Een plan hiervoor wordt ontwikkeld. De ouderenorganisaties, waaronder KNVG en NVOG zijn hier nauw bij betrokken.

Wat kan het Pact voor u of uw (leef) omgeving betekenen?
Het antwoord op deze vraag geven wij u in volgende nieuwsbrieven. Per onderdeel van het Pact een korte toelichting op de geplande acties.

De tekst van dit artikel is ook beschikbaar als pdf-document. Klik hier om het te downloaden.

Nieuwsbrief 32

Nieuwsbrief 32, 2018

Publicatiedatum: vrijdag 17 augustus 2018,

Koopkracht: CPB Ramingen voor 2018 en 2019.

Afgelopen donderdag 16 augustus heeft het CPB (Centraal Plan Bureau) de conceptramingen voor dit jaar en volgend jaar gepubliceerd. Deze zullen gebruikt worden bij de kabinetsplannen van Prinsjesdag (18 september).

De afspraken uit het regeerakkoord Rutte III voor 2019 zijn hierin meegenomen, zoals bijv. de verhoging van de “lage” BTW van 6% naar 9% en de verhoging van de ouderenkorting.

Er is een negatief verschil met de verwachtingen van begin dit jaar: door een iets hogere inflatie komt de gemiddelde koopkrachtgroei (mediaan) van gepensioneerden dit jaar op nul uit (was 0,4%), en volgend jaar op 1,1% (was 1,3%).

In 2018 zal daardoor volgens deze laatste raming ruim 50% van de gepensioneerden op de nullijn blijven of een daling van koopkracht hebben maar in 2019 komt naar verwachting van het CPB slechts 4% van de gepensioneerden qua koopkrachtontwikkeling onder de nullijn uit.

Hier bekijkt u de CPB Kerngegevenstabel Koopkrachtraming augustus 2018

Hier ziet u de Toelichting op de aanpassingen in de presentatie van de koopkrachtramingen.

Via deze link komt u op de website van het CPB.

Nieuwsbrief 31

Publicatiedatum: vrijdag 10 augustus 2018.

Eigen risico zorgverzekeringen.

De discussie over het eigen risico in de zorgverzekering is al enige maanden verstomd vanwege het besluit van de regering om in deze regeringsperiode het eigen risico ad € 385,- per jaar per volwassen verzekerde ongewijzigd te laten.

Onlangs zagen wij een publicatie van VEKTIS, het rekencentrum van de gezamenlijke zorgverzekeraars over de verdeling van de hoogte van het werkelijk betaalde eigen risico per verzekerde.
De cijfers betreffen wel 2015, maar dat zal voor andere jaren niet veel anders zijn.
19 % van de verzekerden hebben geen kosten binnen het verplicht eigen risico.
20 % hadden maximaal 100 Euro aan kosten.
8% had 100 tot 200 Euro aan kosten.
5% had 200 tot 3 00 Euro aan kosten.
3 % had 300 tot 375 Euro aan kosten.
45 % van de volwassenen maakt het verplichte eigen risico wel vol.

Dus bijna de helft van de bevolking heeft meer kosten dan het eigen risico. Het gemiddelde eigen risico bedroeg toen € 284,-

Vorig jaar ging de discussie over het schrappen van het eigen risico. Dat zou dan vervangen moeten worden door een verhoging van de premie met het gemiddelde bedrag. De helft van de bevolking zou er dan op vooruit zijn gegaan, zij betaalden meer dan het gemiddelde eigen risico, de andere helft op achteruit, omdat zij minder dan het gemiddelde betaalden. Dat zag de regering echt niet zitten!  De discussie zal in 2021 wel weer oplaaien!

Nieuwsbrief 30

Publicatiedatum: vrijdag 3 augustus 2018.

Pensioenen: Scoren met lage dekkingsgraad.

Ook met lage dekkingsgraad kun je scoren in de pensioenranglijst.
Bij ambtenarenpensioenfonds ABP dreigen door een te lage dekkingsgraad nog kortingen en het fonds kan pensioenen al jaren niet indexeren. Toch staat ABP bij de tien best scorende pensioenregelingen in de ranglijst van The Pension Rating Agency (TPRA), die deze week voor de tweede keer wordt gepubliceerd.

De hoge score van ABP illustreert volgens Michael Deinema van TPRA dat ‘dekkingsgraden niet alles zeggen’, hoe vervelend een kortingsdreiging en het uitblijven van compensatie voor inflatie ook zijn. Zeker zo belangrijk is hoe goed de pensioenregeling is. ‘De vraag is: word je liever geïndexeerd in een regeling waar je weinig opbouwt, of word je liever gekort op een hoge opbouw’, zegt Deinema. ‘Dat laatste levert toch een beter pensioen op.’

Voor het tweede jaar op rij scoort TPRA de pensioenregelingen die Nederlandse pensioenfondsen aanbieden. ‘Verschillen tussen de pensioenregelingen zijn groot en dat heeft een grote impact op de financiële toekomst van werknemers’, aldus Deinema. ‘Inzicht daarin is volgens ons noodzakelijk, daarom maken we deze rating publiek en beschikbaar voor iedereen’.

Goede indicator
Dit jaar zijn meer dan 200 fondsen met elkaar vergeleken. Een megaklus, waar tot nog toe verder niemand zich aan waagt. Pensioenregelingen zijn moeilijk te vergelijken omdat bijna iedere regeling uniek is. Dat probeert TPRA op te lossen door regelingen te beoordelen op meerdere criteria. De belangrijkste is: hoeveel pensioen wordt er eigenlijk opgebouwd? Dat wordt gemeten in een percentage van het salaris. Een fonds waar het fiscaal maximaal toegestane percentage wordt opgebouwd, scoort het hoogst en daar doet ABP het goed.

De onderzoekers hebben ook gekeken naar de premiedekkingsgraad: wordt er genoeg premie betaald voor wat het fonds belooft? ‘Wij denken dat dit ook een goede indicator is voor hoe betrokken sociale partners zijn bij de regeling. Een hoge premiedekkingsgraad suggereert dat zij bereid zijn de prijs te betalen die nodig is om hun beloftes na te komen.’ (Op dit punt doet het ambtenarenpensioenfonds het overigens minder.) Daarnaast is onder meer een goed nabestaandenpensioen is belangrijk.

Bisdommen
De best scorende fondsen in de top tien zijn zonder uitzondering regelingen van grote partijen die in staat zijn relatief veel premie in te leggen, zoals banken (Rabobank en ABN Amro), zorgverzekeraars, grote ondernemingen (Shell, Unilever, KLM Hoogovens) en de overheid (ABP). De maximaal fiscale pensioenopbouw wordt dan doorgaans wel gehaald.
Vreemde eend in de bijt zijn de pensioenregelingen van de Bisdommen van de katholieke kerk. Die staan zowel in de top tien van best scorende regelingen (het pensioen voor de pastoraal medewerkers) als in het lijstje laagst scorende (de regeling voor het huishoudelijk personeel).

Medisch specialisten
Uit de ranglijst zijn een paar bredere trends te vissen: zo scoren ondernemingspensioenfondsen (opf’en) beter dan bedrijfstakpensioenfondsen. ‘Opf’en hebben een sterke sponsor, het bijbehorende bedrijf, met meer binding met de deelnemers’, zegt Deinema.

Bij de laagst scorende regelingen valt op dat daar een aantal beroepspensioenfondsen bij zitten, zoals de medisch specialisten en de huisartsen. ‘De deelnemers van deze fondsen moeten hun premie helemaal zelf opbrengen. Daarnaast hebben zij waarschijnlijk ook andere inkomstenbronnen voor hun pensioen.’

DC-regelingen                                                                                                                                         Over het algemeen scoren zogeheten defined contribution-regelingen, beschikbare premieregelingen, lager dan andere pensioenregelingen in de TPRA-ranglijst. Maar daar kan niet de conclusie aan verbonden worden dat dit type regeling per definitie een slechter pensioen oplevert.

Het komt volgens Deinema vooral doordat er minder premie wordt ingelegd. Terwijl bij andere fondsen de premie de afgelopen jaren gestegen is om de verslechterde vooruitzichten te compenseren, blijft die in een dc-regeling constant. Als er goede rendementen worden behaald, kan het pensioen hoger uitvallen dan nu wordt verwacht.

Dit artikel van van verslaggever pensioen Martine Wolzak is overgenomen uit Het Financieele Dagblad van vrijdag 3 augustus 2018. In het hieronder toegevoegde pdf document kunt u de hoogste en de laagste scores van een aantal fondsen zien.

Hoog-Laag score

Duitse oudere blijft vaker thuis.

In Duitsland worden de zorgbehoevende ouderen zo lang mogelijk thuis verzorgd, het liefst door eigen kinderen. De kosten voor de ouderenzorg zijn veel lager (macro ongeveer 70% lager!) dan in Nederland. De druk op de mantelzorg is echter groot. Er zijn wel verpleeghuizen, maar als men daar wordt opgenomen moet men in principe de kosten zelf betalen. Al het vermogen boven de € 10.000 kan worden ingezet voor de zorg. Kinderen moeten mee betalen (naar vermogen!) als de ouder de kosten niet kan opbrengen.

Positief is in Duitsland dat de mantelzorger wordt ondersteund!  Men kan kiezen tussen en tegoedbon waarmee verpleegkundige zorg kan worden ingekocht of een zgn. mantelzorgforfait, een bedrag per maand waarin men volledig vrij is hoe dit te besteden. Dit bedrag kan oplopen tot ongeveer € 600,- per maand (niveau 2 uit 3 niveaus), is belastingvrij en wordt uitgekeerd door de zorgverzekeraars in Duitsland. Daarnaast krijgen mantelzorgers een vergoeding van € 150,- per maand voor de emotionele belasting en zij kunnen allerlei cursussen volgen over de verzorging van hulpbehoevende ouderen. Ook is het mogelijk om de ouderen een of twee weken per jaar tijdelijk in een verpleeghuis te laten opnemen om bv. van een vakantie te genieten.

Er zijn in Duitsland dus relatief veel minder verpleeghuizen dan in Nederland en als ouderen naar een verpleeghuis gaan doen zij dit op een veel hogere leeftijd dan in Nederland.
In Nederland geven wij ongeveer 3,5 % van het bruto Nederland product uit aan langdurige zorg, in Duistland is dat 1%. Dat betekent dus een veel lagere last voor de samenleving, maar een veel hogere last voor het individu en zijn/haar directe omgeving als men als oudere zorg nodig heeft.
Het is maar de vraag wat beter is!

Nieuwsbrief 29

Nieuwsbrief 29, 2018.

Publicatiedatum: vrijdag 27 juli 2018.

Het Zorgpact.

Naast het “Pact voor de ouderenzorg” is er nog een ander “Pact, nl. Het” Zorgpact”.Het zijn beide overeenkomsten om de zorg beter te maken!

Bij de introductie van het advies over de zorg in 2030 in 2016 werd ook geconstateerd dat de opleidingen in de zorg dringend modernisering en vernieuwing behoeven. Dit van hoog tot laag, van de Universitaire opleidingen voor medisch specialisten tot de hbo en mbo-opleidingen voor verpleeg- en verzorgend personeel. Maar ook de nascholing moest op een andere leest worden geschoeid.

De toenmalige minister van onderwijs, mevr. Bussemaker, heeft zich dit toen aangetrokken en onder leiding van Doekle Terpstra  een commissie ingesteld om dit “varkentje te wassen”. Dit gebeurt regionaal en lokaal door de onderwijsinstellingen samen te laten overleggen en ook de praktijk erbij te betrekken elkaar te brengen en te komen tot een betere aansluiting van opleidingen en de praktijk in de zorg. Daarnaast wordt gezamenlijk nieuw lesmateriaal ontwikkeld en worden.

Daartoe worden vele bijeenkomsten belegd om van elkaar te leren en met elkaar goede lesprogramma’s te ontwikkelen. Er zijn in Nederland al 75 samenwerkingsverbanden die met dit project bezig zijn
Ook het lopen van stages beter geregeld, want stagelopen in de praktijk maakt bij de zorgopleidingen een belangrijke een belangrijk onderdeel uit.
Daarbij komt nog dat er meer dan 2000 functies in de zorg beschreven zijn! Dat is uiteraard veel te veel. Ook daar zal veel in gesneden worden zodat landelijk een goed overzicht ontstaat van functies in de zorg die er werkelijk zijn.

Voor dit project is 5 jaar uitgetrokken, maar het zal de organisatie en effectiviteit in de zorg zeer ten goede komen. En daar gaat het ons om! En dit nog gevoegd bij de afspraak om de administratieve chaos in de zorg te verminderen door onnodige administratie te voorkomen, waar wij al eerder over schreven, al de effectiviteit in de zorg sterk verbeteren. Maar daar is wel enige tijd voor nodig.
Wilt u meer weten? www.zorgpact.nl

Stem voor uw eigen pensioen!

De vereniging van gepensioneerden MijnLandbouwPensioen nodigt alle leden van andere verenigingen die ook nog een (klein) pensioen van BPL-Pensioen ontvangen uit om gebruik te maken van het recht om zelf een bestuurder te benoemen. BPL-pensioen is het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw en de ‘groene sector’.

MijnLandbouwPensioen heeft hard gestreden voor verkiezingen. Dat was ook dringend nodig want er was al 4 jaar geen echte bestuurder namens de gepensioneerden. De belangen van gepensioneerden kregen daardoor ook niet echt de aandacht. De gepensioneerden van BPL-Pensioen kunnen 2 bestuurders kiezen uit 6 kandidaten. 2 kandidaten zijn voorgedragen door MijnLandbouwPensioen: de enige echte vereniging van gepensioneerden in de Landbouw en ‘groene sector’. Kijk voor meer informatie op: http://pensioenlandbouw.nl/verkiezingen/ of klik op de afbeelding bij dit artikel.

Heeft u een BPL-pensioen, kom dan op voor uw eigen pensioen en stem op de kandidaten van MijnLandbouwPensioen. Dat is hard nodig want het gaat helaas niet goed met uw BPL-Pensioen.

Active Ageing ofwel actief ouder worden.

Door de overheid en alle organisaties die zich met ouderen bezighouden wordt ons ouderen voorgehouden dat bewegen een van de beste middelen is om gezond oud te worden. Daar ben ik het roerend mee eens. Als je gepensioneerd bent hoef je niet meer te werken, maar vrijwilligerswerk houd je zowel lichamelijk als geestelijk actief en regelmatig bewegen (wandelen of fietsen of zelfs een sportschool actief bezoeken) zorgt ervoor dat je lichaam fit blijft.

Toen ik 49 was had ik als directielid van een grote onderneming een drukke baan, zat veel in de auto en deed niet aan sport waardoor mijn “omvang” negatief werd beïnvloed! Een weddenschap met mijn schoonzoon bracht mij ertoe te gaan wandelen en trainen voor deelname aan de vierdaagse in Nijmegen. Voor de medaille moest ik wel 50 km per dag lopen. Ik liep hem (met moeite) wel uit.
Daarna nam ik een besluit: Ik zou de komende jaren de vierdaagse gaan lopen (en maximaal de 40 km per dag en na mijn 65e de 30 km per dag!) en dwong hiermee mijzelf hiervoor te trainen. Vanaf die tijd wandel ik nagenoeg wekelijks minstens 20 km en loop ik de vierdaagse in Nijmegen (met een paar onderbrekingen) dit jaar voor de 24e maal met goed gevolg.  Ik deed dit steeds alleen. Dat gaf mij ook de gelegenheid om over vele zaken na te denken.

In de 20 jaar dat ik nu met pensioen ben heb ik vele vrijwilligersfuncties gehad, soms een aantal tegelijk. Ik ben jaren ouderenambassadeur van de Provincie Noord-Brabant geweest, heb gepensioneerden verenigingen opgericht en daar voorzitter van geweest, maar ook dorpsraad-voorzitter en voorzitter welzijnsorganisaties. Ook heb ik ontwikkelingswerk gedaan in Sri Lanka en Rwanda etc. Dat gaf mij veel voldoening en hield mijn geest scherp!  Nu ben ik al een aantal jaren voorzitter van de commissie Zorg, Welzijn, Wonen en Mobiliteit van NVOG/KNVG.

Waarom schrijf ik dit allemaal? Ik zie om mij heen te veel ouderen die na hun pensionering in een stoel gaan zitten om dat “men niet meer hoeft”.  Maar het leven na je pensionering kan je nog zoveel geven, geestelijk en lichamelijk. En goed “moe” worden is ook een plezierige beleving! En zeg niet: Ik wil ervoor betaald worden, want juist iets vrijwillig doen geeft veel voldoening!
Ik ben nu 79 jaar en kan mede door al deze ervaringen het leven (met mijn echtgenote) goed aan!
Denk er eens over na, wellicht zie ik u op de vierdaagse in 2019, wanneer ik deze, naar ik hoop, voor de 25e maal ga lopen!

Joop Blom.
Op de foto bij dit artikel rust ik, met de medaille nr. 24 opgespeld, wat uit op de ”Wedren” in Nijmegen met de gladiolen en een goed glas bier!

SER Themabrief.

De SER heeft weer een Themabrief Pensioenen en AOW samengesteld, die u hier online kunt lezen.