Derde dinsdag in september en ze zijn er weer: de koopkrachtplaatjes!
De uitkomst van veel rekenwerk, gemiddelden, bandbreedtes en vooral ramingen… Meestal niet direct herkenbaar op persoonlijk niveau, maar wel van groot belang als indicatie en basis voor (overheids)beleid.
Met de Miljoenennota en de CPB-prognoses zijn vrij gedetailleerde ramingen voor 2021 op tafel gekomen, op basis van het Kabinetsbeleid voor 2021. Maar meer nog dan andere jaren voorzien van allerlei voorbehouden, zoals: “mits geen tweede Corona-golf”, “tenzij harde Brexit”, etc. En uiteraard geldt ook het voorbehoud, dat de plannen nog door het parlement moeten worden goedgekeurd, dan wel kunnen worden geamendeerd.
Het kabinet heeft tot kort voor Prinsjesdag nog wat gesleuteld, en er zijn kleine koopkracht-plusjes uitgekomen voor lagere en middeninkomens van gepensioneerden. Maar voor hogere inkomens blijft het negatief, met name door de (begrijpelijke) aanname dat de aanvullende pensioenen niet geïndexeerd zullen worden (en dat nog openblijft of er eventueel gekort zou moeten worden, maar het CPB houdt in de prognose al rekening met een gemiddelde korting van 1%).
Bijgaand (link onderaan deze tekst) een nadere toelichting op de maatregelen die de koopkracht van vooral gepensioneerden direct raken, en wat de effecten daarvan kunnen zijn in 2021.
In één van de volgende nieuwsbrieven kunnen we aan de hand van onze eigen modellen preciezer aangeven wat de verwachte koopkrachteffecten zijn, uitgesplitst naar inkomen en type huishouden (alleenstaand of paar).
Maatregelen met effect op de koopkracht 2021 en de resulterende koopkrachtplaatjes
Commissie Inkomen, Koopkracht en AOW